De Nederlandse hightechsector speelt een sleutelrol in de ontwikkeling van de digitale, duurzame, gezonde en veilige samenleving. Met bedrijven als ASML en Philips aan kop blijft de sector verreweg de grootste private investeerder in onderzoek en ontwikkeling (R&D) in Nederland. Volgens de nieuwste R&D Top 30, samengesteld door Technisch Weekblad in samenwerking met VNO-NCW en TNO, stegen de R&D-uitgaven van ASML afgelopen jaar met ruim 25 procent naar een indrukwekkend totaal van 2,8 miljard euro.
De lijst laat zien dat de Nederlandse innovatiekracht verder reikt dan alleen traditionele sectoren. Een opvallende nieuwkomer is Booking.com, dat met een derde plaats aantoont hoe belangrijk digitale technologieplatforms zijn geworden voor het Nederlandse R&D-landschap. Dit illustreert de dynamiek in de sector, waarbij nieuwe spelers steeds meer terrein winnen naast gevestigde namen als Philips, KPN en Janssen, die samen de top vijf completeren.
De R&D Top 30, die na enkele jaren terug is van weggeweest, biedt inzicht in de bedrijven die innovatie in Nederland drijven. Opvallend is de concentratie van R&D-intensieve bedrijven in Noord-Brabant, en dan met name in de regio Eindhoven, waar de helft van de nieuwkomers in de top 10 gevestigd is.
De hightechsector is niet alleen een economische motor, maar ook een belangrijke speler in het aanpakken van maatschappelijke uitdagingen. Van geavanceerde technologieën die een duurzame energietransitie ondersteunen, tot innovaties op het gebied van gezondheid en veiligheid. Ingrid Thijssen, voorzitter van VNO-NCW, benadrukt: “R&D-investeringen vormen de ruggengraat van ons toekomstig verdienvermogen. Samenwerking met mkb-bedrijven, start-ups, en kennisinstellingen versterkt niet alleen de sector, maar ook de samenleving als geheel.”
Ondanks de groei van de sector, blijft Nederland achter bij andere landen als het gaat om de totale R&D-uitgaven als percentage van het bbp. Met 1,44% in 2023 blijven de private R&D-uitgaven aanzienlijk lager dan landen als Korea (4,14%) en de VS (2,83%). Ook het gecombineerde aandeel van publieke en private R&D-uitgaven van 2,08% ligt onder het EU-gemiddelde van 2,25% en ver verwijderd van de Lissabondoelstelling van 3%.
Om deze kloof te dichten, is het volgens Tjark Tjin-A-Tsoi, CEO van TNO, essentieel om de basis van R&D-investeringen te verbreden. “Het aandeel van de top 10 in de totale R&D-uitgaven is gestegen van 25% naar 35% sinds 2016. Hoewel deze bedrijven van enorme waarde zijn, moeten we zorgen dat meer start-ups doorgroeien tot de ASMLs en Bookings van de toekomst.”
Nederland moet zowel het bestaande R&D-intensieve bedrijfsleven versterken als ruimte bieden aan nieuwe innovatieve bedrijven. Om de 3%-doelstelling te halen, is jaarlijks een extra investering van bijna 10 miljard euro nodig. Dit vraagt om een gezamenlijke inspanning van de overheid, bedrijven en kennisinstellingen.
De Nederlandse hightechsector heeft de potentie om niet alleen binnen Europa, maar ook wereldwijd een voortrekkersrol te blijven spelen. Door in te zetten op samenwerking en gerichte investeringen, kan Nederland zijn positie als innovatieve kracht verder verstevigen en bijdragen aan een duurzame, veilige en digitale toekomst.